Het is droog =

1.   ?    Er is geen regen.
2.   ?    Er is geen wind.
3.   ?    Er zijn geen wolken.

Opklaringen =

1.   ?    Er zijn geen wolken.
2.   ?    De wolken gaan weg.
3.   ?    De zon schijnt.

Er zijn veel wolken. =

1.   ?    Het regent.
2.   ?    Je kan de zon niet zien.
3.   ?    Het is koud.

Het westen van België =

1.   ?    naast Frankrijk
2.   ?    naast Duitsland
3.   ?    naast Nederland

Het oosten van België =

1.   ?    naast Frankrijk
2.   ?    naast Duitsland
3.   ?    naast Nederland

De kust =

1.   ?    de zee
2.   ?    de bergen
3.   ?    het binnenland

Een zachte wind =

1.   ?    veel wind
2.   ?    een beetje wind
3.   ?    geen wind

Wanneer regent het vandaag in heel België?

1.   ?    's morgens
2.   ?    's namiddags
3.   ?    's avonds

Wanneer zal het stoppen met regenen?

1.   ?    's avonds
2.   ?    's nachts
3.   ?    's morgens

Waait het?

1.   ?    Nee, het is windstil.
2.   ?    Ja, een beetje.
3.   ?    Het waait.
4.   ?    Het waait veel.

Hoe warm zal het zijn? Maxima ... graden.

Hoe koud zal het zijn? Minima ... graden.

Welk weer is het de rest van de week?

1.   ?    Het zal niet regenen.
2.   ?    Het zal regenen en bewolkt zijn.
3.   ?    Het zal bewolkt zijn en een beetje regenen.

Wanneer zal de zon terug schijnen? In het ...